Hoe kunnen we er met elkaar voor zorgen dat alle kinderen in Schiedam fijn kunnen opgroeien? In het bijzonder de kinderen die opgroeien in armoede? Dit was de vraag die centraal stond tijdens de tweede Bliep-avond op 12 maart 2024. Ruim 30 zorgprofessionals, ambtenaren, politie, leerkrachten, vrijwilligers en andere betrokken Schiedammers kwamen bijeen bij de Kleine Ambassade. We leerden elkaar beter kennen, ontdekten wat we allemaal al doen of graag zouden willen doen, en onderzochten samen hoe we elkaar daarin nog beter zouden kunnen vinden. Een bijzonder waardevolle bijeenkomst! 

Tijdens de avond bleek weer hoe groot de bereidheid is om deze kwetsbare groep kinderen in Schiedam te helpen. We vinden allemaal dat kinderen onder geen beding slachtoffer mogen worden van de situatie waarin zij opgroeien. Maar waarom lukt het ons dan toch niet goed om hen voor de negatieve gevolgen van armoede te beschermen? Want alle goede bedoelingen ten spijt, de meeste kinderen die opgroeien in armoede staan nog steeds met 0-1 achter op kinderen uit meer welvarende gezinnen. 

Daarom stelden we ons tijdens de Bliep-avond de vraag: wat kunnen wij als aanwezigen samen doen om de hulp aan kinderen in armoede te verbeteren? We vroegen iedereen om hun ervaringen te delen, in de hoop zo knelpunten bloot te leggen. Daaruit bleek vooral dat het ongelofelijk ingewikkeld is om partijen te koppelen en samen op te trekken. 

Een praktijkvoorbeeld van Marian, een van de aanwezige brugfunctionarissen: “Als je via een jeugdprofessional iets voor elkaar moet krijgen, diegene moet dan door zoveel lagen heen. Poeh! Ouders haken af. Overal zijn dossiers, maar die mogen niet worden uitgewisseld.” 

We zien het allemaal: iedereen doet verschrikkelijk zijn best, maar door allerlei oorzaken gebeurt dat nog te veel in eilanden. Dat maakt schakelen moeilijk, waardoor de hulp voor een kind of gezin maar langzaam op gang komt. Daardoor verliezen die kinderen en gezinnen hun vertrouwen in de hulp. 

Uit de succesvolle ervaringsverhalen, want die waren er gelukkig ook, blijkt hoe belangrijk die combinatie van vertrouwen en samenwerking is. Als kinderen of ouders je in vertrouwen nemen, biedt dat je de kans om door te vragen en erachter te komen wat een kind of gezin echt nodig heeft. Want, zoals Feike van Team Sportservice treffend aangaf: “Het is nooit één vraag waar een kind of ouder mee komt. Het is bijna altijd een cluster van vragen. Hoe fijn is het als ze dan maar één keer hun verhaal hoeven te doen? De stap om naar mij (of een andere tussenpersoon) toe te komen is al zo groot.” 

Ook Karin, brugfunctionaris, merkt dat: “Naarmate het gesprek met een kind of ouders vordert, blijkt er vaak steeds meer nodig te zijn.” Zij gaf aan hoe fijn het is dat je dan snel kunt schakelen, want het is bijna nooit zo dat je voor al die vragen of problemen in je eentje de oplossingen vindt. “Het helpt mij heel erg dat ik dan snel kan schakelen, zoals met Bliep. Dat heb ik al op verschillende manieren ervaren.” 

We weten elkaar nog niet goed genoeg te vinden

Het is belangrijk dat ‘tussenpersonen’ zoals Feike en Karin het vertrouwen kunnen winnen van een gezin. Maar het is net zo belangrijk dat zij er zelf op kunnen vertrouwen dat ze vervolgens daadwerkelijk hulp kunnen regelen voor dat gezin. Helaas is ook dat vertrouwen nog kwetsbaar, zo bleek tijdens de Bliep-avond. Aanwezigen geven aan nog te vaak tegen muren op te lopen, waardoor hulp niet op gang komt. 

De conclusie is dat er al veel wordt georganiseerd om gezinnen in armoede te ondersteunen. Maar de hulp is versnipperd en soms ook gewoon niet praktisch genoeg. Want het is natuurlijk superfijn dat er potjes zijn om bedden te bestellen, maar wie brengt het bed naar het gezin en zet het in elkaar? 

Langzaamaan weten de mensen die een rol spelen in dat netwerk elkaar weliswaar beter te vinden, maar daar is toch ook nog een wereld te winnen. Hester van WOT zei hier bijvoorbeeld over: “Ik ben WMO-consulent en ik denk dat ik maar 10 procent ken van de regelingen.” Een gevoel dat werd gedeeld door andere aanwezigen. Eigenlijk heeft niemand het totale aanbod en netwerk in beeld, iedereen kent slechts een stuk. 

En dat terwijl organisaties en Schiedammers dus wel heel graag willen helpen. Zoals Fatemeh Darrodi van Humanitas zei: “Wij kwamen in aanraking met een gezin, die hadden niets. Via de Kansenfabriek en ons zijn ze bij Bliep terechtgekomen en geholpen. Daar waren wij heel erg blij mee. Daarom wil ik nog eens zeggen: mensen kunnen ook aan ons van alles vragen. Maak daar gebruik van. Wij kunnen je bijvoorbeeld helpen door dingen als het Energiefonds en Schoolfonds voor een gezin aan te vragen. Bij Humanitas staan we altijd klaar voor mensen met administratieve vragen.” 

Wie neemt de regie? 

Als we meer samenwerken, kunnen we wel tot een compleet overzicht komen. Dan kunnen de mensen bij wie kinderen en gezinnen durven aan te kloppen, ook gerichter gebruik maken van alle regelingen die er zijn in Schiedam. Maar zoals Melissa van KomKids zich hardop afvroeg: “Elke keer zitten we in verschillende samenstellingen bij elkaar om hierover te praten, en elke keer komen we tot een soortgelijke conclusie. Maar wie neemt de regie?!” 

Die vraag galmde bij ons, de Kleine Ambassade, nog lang na. De avond gaf ons veel stof tot nadenken. Maar de gesprekken met de aanwezigen gaven ons ook veel positieve energie en vertrouwen, omdat er echt veel partijen zijn die samen willen werken aan oplossingen. Van Stroomopwaarts tot de juf op school. En dat is wat ons betreft de belangrijkste basis om echt het verschil te kunnen maken voor deze kinderen. Daarom steken wij onze vinger op. Wij bieden aan om voorlopig het voortouw te nemen. We gaan ons de komende tijd met Bliep nog actiever inzetten om het netwerk rondom kinderen in armoede bij elkaar te brengen. Zo willen wij ervoor zorgen dat we meer geschakeld gaan werken en meer gebruik kunnen maken van elkaars expertise. 

 

Terug naar het overzicht   


 

Menu